Een interview met couturier Mart Visser.
Kleren maken de man. En medewerkers maken het bedrijf. Daarom speelt bedrijfskleding een belangrijke rol in de uitstraling van moderne organisaties. Logisch dat steeds meer bedrijven gebruik maken van bekende modeontwerpers, zoals Mart Visser. Hij maakt kleding waarin medewerkers zich comfortabel voelen en zo optimaal het merk kunnen vertegenwoordigen.
Haute couture.
Mart Visser, bij het brede publiek bekend van zijn ‘haute couture’, heeft inmiddels meer dan tachtig bedrijven van bedrijfskleding voorzien. Hijzelf heeft het overigens liever over ‘kleding voor een bedrijf’. Visser ziet dat bedrijven steeds vaker een beroep doen op bekende couturiers. “Kleding waarbij het design goed is uitgewerkt en consistent wordt toegepast over de gehele lijn, communiceert als geen andere merkdrager de merkidentiteit. Zo versterkt de medewerker de merkwaarden van een bedrijf.” Of eenvoudiger gezegd: “een logo is vlak, terwijl een persoon driedimensionaal is”.
Comfort als platform.
Een aantal organisaties ziet het belang van stijlvolle bedrijfskleding in. Voorwaarde is dat een medewerker zich prettig moet voelen in de kleding. Mart Visser: “Als jij als blanke Noord-Europeaan 40 uur per week een geel/groen uniform moet dragen en uitsluitend kunt kiezen uit de standaardmaten M-L-XL, ben je niet in staat om de waarden van je bedrijf goed over de bühne te brengen. Als een bedrijf iets goeds wil uitstralen, moeten de medewerkers zich op hun gemak voelen. Klanten proeven dit. Bovendien heb je nooit een tweede kans om een eerste indruk te maken.” Visser houdt hier bij zijn bedrijfscollecties altijd rekening mee. Comfort in kleding is volgens hem hét platform om merkwaarden te communiceren. Het mooiste compliment over zijn kleding kreeg hij van Holland Casino. “Van Holland Casino kwam de vraag om het logo groter te maken omdat de medewerkers de kleding mee naar huis namen.”
Ook bij KLM heeft de nieuwe bedrijfskleding tot een positief neveneffect geleid. Zonder dat hieraan in programma’s speciale aandacht is besteed, zorgde de nieuwe kleding voor een boost van de ‘personal grooming’. Medewerkers bleken intrinsiek nog beter gemotiveerd om er goed uit te zien. Dit is wat er kan gebeuren als medewerkers trots zijn op de kleding die ze van het bedrijf mogen dragen.
Kostenbesparing door design.
Is het inschakelen van een couturier niet ontzettend duur? Natuurlijk hangt er een prijskaartje aan, maar een grote misvatting volgens Mart Visser is dat de verdiensten zouden zitten in standaardisatie van het kledingpakket. Deze vooronderstelling wordt wel vaak gedaan door de inkoopafdelingen van bedrijven. Volgens Mart Visser realiseren zijn klanten doorgaans een kostenbesparing van gemiddeld 20 procent. Niet door standaardisatie in het kledingpakket aan te brengen, maar gewoon door slim te kijken naar design en materiaalkeuze. Efficiëntie zit hoofdzakelijk in de kwaliteit en materiaalkeuze van de kleding, waardoor kleding veel langer meegaat. Dit staat nog los van het commerciële voordeel voor bedrijven dat optreedt als hun medewerkers zich lekker voelen in de kleding van het bedrijf.
5 succesfactoren.
Mart Visser heeft de afgelopen jaren vooral voorbeelden gezien van bedrijven die de plank misslaan. Gelukkig zijn er ook lichtpuntjes. Bedrijven die hun kleding niet langer benaderen als bedrijfskleding, maar als een manier om medewerkers de waarden van het bedrijf uit te laten dragen. Mooie voorbeelden vindt hijzelf KLM en Bilderberg Hotels. Organisaties die open stonden voor vernieuwing en erin geslaagd zijn om via een op maat gesneden aanpak en uitgekiende branding hun identiteit te communiceren via de kleding.
Wat zijn de slaagfactoren voor succes? Mart Visser hanteert hiervoor zijn eigen ‘systeem’. Dit is deels onderbuikgevoel en deels een meer bedrijfskundige benadering. Hierover wil hij niet in details treden, maar een klein tipje van de sluier oplichten doet hij wel. Een goede inbedding in de organisatie is essentieel om te bewerkstelligen dat de nieuwe kledinglijn na verloop van tijd nog steeds het visitekaartje van het bedrijf is. Hoewel de implementatie van systemen en het inrichten van processen hieraan kan bijdragen, zijn de belangrijkste randvoorwaarden volgens Mart Visser toch vooral organisatorisch en communicatief van aard. Denk hierbij aan:
1. Verankering in de top
Draagvlak binnen de top van de organisatie is essentieel. Dit begint al in de oriënterende fase. Verankering op het niveau van directie of bestuur is een voorwaarde. Dit zorgt voor het benodigde draagvlak en medewerking in de rest van de organisatie. Ook het nemen van beslissingen over de route is een belangrijke voorwaarde voor het slagen van het kledingproject. Niet alleen de initiële aanschafprijs is bepalend, maar de mogelijkheid om door middel van kleding de merkidentiteit van het bedrijf te communiceren weegt minimaal even zwaar. Essentieel is dat de opdrachtgever hiërarchisch en/of door reputatie afdelingsoverstijgende besluiten kan nemen.
2. Werk in multidisciplinaire teams
Stakeholders beperken zich niet tot Facility Management of de verantwoordelijke functionaris voor kleding. Een goede analyse van mogelijke resultaat- en besparingsgebieden laat zien dat belanghebbenden veel breder in de organisatie zitten. Denk hierbij aan Marketing, Communicatie en Inkoop. Betrek hen vroegtijdig en formeer een multidisciplinaire werkgroep rondom hen. Voeg aan deze werkgroep een afvaardiging toe vanuit de medewerkers die de bedrijfskleding gaan dragen. Maak hen tot ambassadeurs van de nieuwe kleding. Deze verantwoordelijkheid vergroot hun betrokkenheid. Zij kunnen als ambassadeurs en als vraagbaak optreden richting hun collega’s waardoor het draagvak binnen de organisatie wordt vergroot.
3. ‘The proof of the pudding is in the eating’
Laat medewerkers nieuwe bedrijfskleding testen op functionaliteit, draagcomfort en kwaliteit. Als een medewerker wordt verplicht om kleding te dragen, die hem of haar niet staat of niet comfortabel is, kan een medewerker nooit het visitekaartje worden voor het bedrijf. Een medewerker moet zich prettig voelen in de nieuwe kleding. Sommige bedrijven laten hun klanten kiezen. Doe dit nooit! Hoewel een decolleté en een minirok wellicht door veel (mannelijke) klanten als mooi wordt ervaren, zullen de meeste medewerkers dit waarschijnlijk niet als prettig ervaren.
4. Creëer een ‘tailormade’ belevenis rondom de uitgifte van kleding
Om de waarde van kleding te accentueren is het belangrijk om de uitgifte ervan tot een speciaal moment te maken voor de medewerker. Hierdoor laat je zien dat kleding belangrijk is en bovendien dat de medewerker belangrijk is. Maak de medewerker speciaal door een persoonlijk uitgiftepunt in te richten. Niet om een kledingpakketje in ontvangst te nemen, maar voor een persoonlijke pas-sessie. Persoonlijke aandacht en maatwerk vormen een belangrijke motivatie voor individuele medewerkers. Dit biedt de mogelijkheid om de doelstellingen van kledingmanagement onder de aandacht te brengen en continu onder de aandacht te houden.
5. Maak gebruik van een kledingmanagementsysteem
Nadat de eerste uitgifte heeft plaatsgevonden, zullen na verloop van tijd de eerste herbestellingen plaatsvinden. Met een kledingmanagementsysteem kunt u deze processen vastleggen en koppelen aan verantwoordelijke personen. Ook bent u in staat om de uitgifte te monitoren. Door de inzet van een kledingmanagementsysteem raken medewerkers sterker bij bedrijfskleding betrokken, omdat ze op een gecontroleerde manier een eigen verantwoordelijkheid hebben. Het uitgangspunt is dat elke medewerker verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen visuele uitstraling. Het zorgt ervoor dat minder bedrijfskleding kwijt raakt en dat de visuele uitstraling in orde blijft.
Dit artikel van Hendrik van Loo is eerder verschenen in Safety & Fashion (november 2012).